Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Te dier tijd zal tot dit volk en tot Jeruzalem gezegd worden: Een [29]dorre wind van de hoge plaatsen in de woestijn, [30]van den weg der dochter Mijns volks; niet om te wannen, noch om te [31]zuiveren. 29. Of, schrale; anders: gladde; dat is, die glad en ongehinderd zal doorgaan om alles neder te vellen; versta de Babyloniers, die van het noorden zouden komen, over het gebergte Libanon. Zie onder hfdst.5 vs.15. 30. Dat is, naar het Joodse land en Jeruzalem. 31. Maar om te verwoesten, wil de Heere zeggen.